
De temperatuur van een hond moet worden gemeten wanneer hij/zij zich in een normale toestand bevindt. Door de temperatuur van hun hond te kennen, kunnen eigenaren op elk moment gezondheidsproblemen signaleren.
Kortetermijnstijging van de temperatuur Bij honden van elk ras kan het worden veroorzaakt door angst, vrees of fysieke inspanning. Natuurlijk komt het ook voor bij warm weer en bij teven tijdens loopsheid.
Een daling of stijging van de lichaamstemperatuur van een hond is het eerste teken van ziekte en dat is normaal.
Waar moet je op letten?

- ze weigert eten;
- weigert water;
- ze kreeg last van stuiptrekkingen, braken of diarree;
- ze heeft hoge koorts en een droge neus;
- Ze is lusteloos, heeft een bleke tong en slijm in haar mond.
De koorts van dit dier kan worden gemeten met elke thermometer – een gewone of digitale. Was na de meting het apparaat en uw handen grondig en veeg ze af met alcohol.
Welke temperatuur moet een hond hebben?
Elk hondenras, van klein tot groot, zou een normale lichaamstemperatuur moeten hebben, die kan variëren van 37,4 tot 39,3 graden Celsius. Er zijn enkele normale lichaamstemperaturen:
Volwassen honden:
- groot ras - 37,4–38,3;
- gemiddeld ras - 37,5–39;
- klein ras - 38,5–39.
Puppy's:
- groot ras - 38,2–39;
- gemiddeld ras - 38,3–39,1;
- klein ras - 38,6–39,3.
Hoe meet je de temperatuur van een hond?
Je kunt een gewone thermometer gebruiken om te meten, maar je moet de hond dan wel ongeveer vijf minuten stilhouden. Een digitale thermometer is beter; de procedure duurt ongeveer een minuut. Je huisdier moet een eigen thermometer hebben.
De temperatuur van de hond wordt gemeten via de endeldarmHoewel de procedure niet ingewikkeld is, vereist het wel dat u voorzichtig met uw huisdier omgaat.
- Smeer eerst de punt van de thermometer in met vaseline of een andere vette crème;
- leg het dier op zijn zij (het kan ook staand zijn), til de staart op en breng de thermometer voorzichtig in de anus tot een diepte van ongeveer 2 cm;
- Temperatuurmetingen moeten in een normale omgeving worden uitgevoerd om angst of schrik bij de hond te voorkomen. Anders kan het dier opspringen en zichzelf verwonden door de thermometer te breken. U kunt hem tijdens de meting wat lekkers geven.
- Zorg ervoor dat u uw hond tijdens en na de behandeling prijst.
Tekenen en oorzaken van temperatuurafwijkingen van de norm

Een gezond dier is vrolijk, eet normaal, speelt en reageert actief op alles om zich heen. Zijn vacht is glanzend en strak. Een ziek dier ziet er precies het tegenovergestelde uit en vertoont de eerste tekenen van ziekte: koorts, een hele dag niet eten, lethargie, diarree, braken, snelle ademhaling en een snelle hartslag.
Als u een van de bovenstaande symptomen opmerkt, moet u onmiddellijk de koorts van uw huisdier meten om te controleren of deze normaal is. De koorts kan worden veroorzaakt door: infectie of een andere ziekte — pest, endometritis, piroplasmose, hitteberoerte. Een afname treedt op bij wormen, parvovirus-enteritis en andere ziekten.
Wat moet u doen als uw temperatuur hoog (laag) is?
Als er afwijkingen zijn, betekent dit dat het lichaam een infectie of een symptoom van een ziekte bestrijdt. Als de waarden stijgen of dalen, probeer ze dan niet zelf te bestrijden. Normale waarden kunnen thuis worden bereikt, maar u kunt de infectie of ziekte niet genezen.
U moet dringend contact opnemen met een arts of er een naar uw huis laten komen. Als het dier de thermometer geeft boven de 40 graden aan, dan moet hij naar een dierenkliniek. Tijdens het transport moet er iets kouds op zijn lichaam worden aangebracht. Dit moet heel voorzichtig gebeuren om onderkoeling te voorkomen. Als de temperatuur laag is, leg dan een warmtekussen op de hond en dek hem af met een deken.
Geef uw huisdier niet zelf medicijnen; dit zal de situatie alleen maar verergeren. Afwijkingen van de norm bij honden komen alleen voor bij infecties, tumoren of endocriene aandoeningen.
In de dierenkliniek stellen artsen de juiste diagnose en zal de nodige medicijnen voorschrijvenDe eigenaar hoeft alleen deze aanbevelingen op te volgen. Als de hond verbetert, stop dan niet zelf met het innemen van de medicatie. Dit is de verantwoordelijkheid van een dierenarts; alleen hij/zij kan er zeker van zijn dat de normale temperatuur stabiel blijft, het dier volledig hersteld is en zijn/haar leven niet in gevaar is.


